‘[Wij homo sapiens, de moderne mens, wij zitten als menselijke soort] met een Groot Probleem. Het probleem is zo groot en we zijn zo druk met onszelf dat we de essentie ervan voortdurend missen. Het Grote Probleem waar ik het over heb is dat onze planeet, Moeder Aarde, deze grandioos mooie blauwe knikker, niet het eeuwige leven heeft. Ze wordt aan alle kanten bedreigd. Als de Zon sterft, verzwelgt ze het Zonnestelsel inclusief onze moederplaneet, maar ruim daarvoor heeft ze ons water al verdampt. Rondzwevende ruimtekeien en supervulkanen dreigen al het leven op Aarde te vernietigen. Maar wij kunnen er zelf ook wat van: overbevolking, verspilling en uitputting leiden tot milieuvervuiling en klimaatopwarming en we vechten elkaar de tent uit als gevolg van hebzucht, onverdraagzaamheid en bijgeloof. We komen net pas kijken in de annalen van de ruimtegeschiedenis en maken er nu al een puinhoop van’.
(Vooruitkijken voor gevorderden, Voorwoord, pagina 12)